Tuinontwerp
Tips voor het aanplanten van bomen en struiken: de juiste start voor een gezonde groei

Het aanplanten van bomen en struiken is meer dan alleen een gat graven en de plant erin zetten. Met de juiste aanpak geef je jouw boom of struik de beste kans om gezond te groeien en jarenlang te floreren.
1. Kies de juiste boom of struik voor de juiste plek
Dit is de gouden regel. Houd rekening met:
- Zon en schaduw: Sommige soorten hebben veel zonlicht nodig, terwijl anderen beter gedijen in de schaduw.
- Wind: Sommige soorten zijn gevoelig voor harde wind, plant deze op een beschutte plek of kies een andere soort.
- Bodemtype: Is de grond zanderig, kleiachtig of veenachtig? Elke boom of struik heeft zijn voorkeuren.
- Vorst: Kies planten die bestand zijn tegen het Nederlandse klimaat.
Het goed matchen van plant en locatie voorkomt problemen in de toekomst.
2. Plant in de juiste periode
De beste tijd om bomen en struiken te planten is aan het begin van de winter. Waarom?
- In de winter zijn bomen en struiken in rust.
- Hoewel het bovengronds stil lijkt, ontwikkelen de wortels zich ondergronds en vormen ze haarwortels. Dit maakt de plant beter bestand tegen wisselende weersomstandigheden in het voorjaar.
3. Bereid het plantgat goed voor
Een goed plantgat is cruciaal voor een gezonde groei:
- Grootte: Voor grote bomen graaf je een gat van minstens 1 x 1 meter. Zorg ervoor dat het groot genoeg is zodat de wortels ruimte hebben om zich te verspreiden.
- Ruwe wanden: Maak de wanden van het gat ruw. Dit voorkomt dat de wortels in rondjes groeien (ook wel "potbound" genoemd). Wortels moeten makkelijk de omliggende grond in kunnen.
- Grondsoort: Vul het plantgat met losse grond die goed aansluit op de wortels. Gebruik bij kleigrond een mengsel van de uitgegraven grond en compost om de structuur te verbeteren. Bij kleigrond kan het gat een paar dagen eerder worden gegraven, de uitgegraven grond zal tijdens vorst los en rul worden.
4. Let op de plantdiepte
De wortelhals – het overgangspunt tussen wortels en stam – moet op de juiste hoogte worden geplant:
- Voor sommige soorten geldt dat de wortelhals boven de grond moet blijven, anders kan deze wegrotten.
- Andere soorten, zoals sommige struiken, profiteren juist van een iets diepere plantdiepte om uitlopers te vormen.
Controleer dit goed voordat je begint!
5. Gebruik een boompaal indien nodig
Voor alle bomen is het verstandig om één of meerdere boompalen te gebruiken.
- Voor jonge/kleine bomen, is een boompaal voldoende. Plaats de boompaal aan de windzijde en zorg dat de boom stevig wordt vastgezet zonder dat de stam wordt beschadigd.
- Bij grotere bomen zijn twee of zelfs drie boompalen wenselijk.
- Controleer jaarlijks of de boompaal en de banden nog op de goede plek zitten en de boom niet afknellen.
6. Geef nazorg, vooral in het eerste jaar
Het eerste groeiseizoen is cruciaal:
- Water geven: Bij droogte in de zomer heeft de boom extra water nodig.
- Controleer op schade: Kijk regelmatig of de boom goed staat, of er geen schors is beschadigd en of er voldoende steun is.
Met aandacht en zorg groeit jouw boom of struik uit tot een gezonde, sterke plant die jarenlang plezier geeft!
Met deze stappen maak je de perfecte start. Heb jij nog aanvullende vragen of tips? Deel ze in de reacties!